Hoge Raad houdt box 3 in stand

Hoge Raad houdt box 3 in stand

Box 3 is volgens de Hoge Raad niet in strijd met het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens (EVRM).
Pas wanneer het forfaitaire rendement van 4% gedurende een lange reeks van jaren niet meer haalbaar is én leidt tot een buitensporig zware last voor de beleggers, dan zou box 3 in strijd kunnen zijn met het EVRM.
Dat oordeelt het hoogste rechtscollege vrijdag. De zaak was aangespannen door een man die vond dat de rendementsheffing die hij moest betalen over zijn woning in strijd was met de Europese regels.
De advocaat-generaal in de zaak was het met de man eens en adviseerde de heffing ongeldig te verklaren. Het advies van de advocaat-generaal wordt over het algemeen overgenomen door de Hoge Raad. Nu besliste de Hoge Raad echter anders.
De Belastingdienst gaat er sinds 2001 van uit dat vermogen in box 3 de bezitter gemiddeld 4 procent winst oplevert. Over die opbrengsten moet 30 procent belasting worden betaald. Hoewel de huidige spaarrentes niet meer in de buurt komen van de 4 procent, kon dat rendement volgens de Hoge Raad in 2011 nog makkelijk worden behaald.
De Hoge Raad oordeelde wel dat opnieuw naar de regels voor het fictieve rendement moet worden gekeken als de opbrengst van 4 procent over een lange periode niet meer haalbaar is.
Staatssecretaris Eric Wiebes laat in een reactie weten het daarmee eens te zijn. “We kunnen Nederlanders niet belasten op een rendement van 4 procent op een moment dat dat niet meer haalbaar is.” Het kabinet is bezig met aanpassing van de regels.

(15-06-16)

Onze diensten