nieuwsbericht 2023-02

Kamervragen over schijnzelfstandigheid

Minister van Gennip (Sociale Zaken en Werkgelegenheid) heeft op Kamervragen geantwoord dat er geen harde cijfers over het aantal schijnzelfstandigen beschikbaar zijn. Ook zijn geen cijfers beschikbaar over de sectoren waarin slecht beloonde werknemers in schijnconstructies werken.

Volgens Minister van Gennip is onderzoek nodig naar het individuele geval en de feiten en omstandigheden waaronder wordt gewerkt en waaronder de opdracht wordt verricht, om schijnzelfstandigheid vast te kunnen stellen. Het is daarom niet met zekerheid te zeggen in welke sectoren werkenden (al dan niet laag geschoold) in schijnconstructies werken.

Het kabinet ontwikkelde een webmodule beoordeling arbeidsrelaties. Deze webmodule moet opdrachtgevers meer duidelijkheid geven over de kwalificatie van arbeidsrelaties. Tijdens de pilotfase van de webmodule is gebleken dat in bepaalde sectoren relatief hoog gescoord wordt op ‘indicatie dienstbetrekking’. Dat kan een indicatie zijn dat in deze sectoren relatief veel sprake kan zijn van schijnzelfstandigheid, maar dat hoeft niet. In andere sectoren valt op dat 25% van de opdrachtnemers een uurtarief van € 15 of minder hanteren. Er is een zekere mate van overlap tussen de sectoren die in de pilotfase van de webmodule relatief hoog scoren op ‘indicatie dienstbetrekking’ en de uitbetaling van een relatief laag tarief aan zzp’ers. De minister geeft aan dat op basis van objectieve kenmerken de meest risicovolle sectoren of arbeidsrelaties handhavingsaandacht krijgen.

 

Op zoek naar erfgenamen van slapende tegoeden

Het Rijksvastgoedbedrijf (RVB) gaat op zoek naar erfgenamen van inactieve bankrekeningen, de zogeheten slapende tegoeden. Het RVB heeft hiervoor een convenant getekend met de Nederlandse Vereniging van Banken (NVB).

Het RVB heeft de taak op zoek te gaan naar erfgenamen van onbeheerde nalatenschappen (erfenissen waar niemand zich om bekommert). Het lukt bijna altijd om die te vinden. Maar als er niemand is, valt de erfenis toe aan de Staat. Als er binnen 20 jaar toch een erfgenaam opduikt, dan wordt de opbrengst minus de kosten uitgekeerd via de consignatiekas van het Ministerie van Financiën. De NVB en het RVB zijn overeengekomen dat het RVB op zoek gaat naar erfgenamen van rekeninghouders die minder dan 20 jaar geleden zijn overleden. Ook gaat het RVB aan de slag om erfgenamen te vinden van rekeninghouders die vermoedelijk overleden zijn omdat de geboortedatum 115 jaar geleden is.

 

Nog geen boetes voor schendig regels UBO-register

De Belastingdienst laat aan RTL Nieuws weten dat er nog geen boetes of dwangsommen zijn opgelegd omdat bedrijven, verenigingen en stichtingen zich niet houden aan het op tijd en juist inschrijven in het UBO-register. Tienduizenden bedrijven voldoen niet aan de wettelijke eisen. Sinds 27 maart van vorig jaar is een UBO-registratie verplicht.

Het Bureau Economische Handhaving (BEH), onderdeel van de Belastingdienst, heeft de taak om te controleren of bedrijven, stichtingen en verenigingen zich op tijd en juist hebben ingeschreven in het UBO-register. Het BEH komt pas in actie als het een melding krijgt van de Kamer van Koophandel (KvK) dat er mogelijk iets mis is.

De KvK doet de eerste controle nadat bijvoorbeeld gegevens die de bank heeft over een zakelijke klant niet overeenkomen met de gegevens uit het register. Dat gebeurde al enkele tienduizenden keren. Bedrijven moeten dan hun uiteindelijk belanghebbende wijzigen of uitleggen waarom de registratie wel degelijk klopt. Pas als de KvK en de organisatie in kwestie er niet uitkomen, komt Bureau Economische Handhaving in beeld.

Onze diensten