nieuwsbericht 2023-11

Nieuwe zzp-wet

Minister Van Gennip van Sociale Zaken en Werkgelegenheid heeft op vrijdag 6 oktober de Wet verduidelijking beoordeling arbeidsrelaties en rechtsvermoeden in consultatie gebracht. Met het voorstel moet het onderscheid tussen zelfstandigen en werknemers duidelijker worden.

Het kabinet heeft in het voorjaar een breed pakket afspraken gemaakt met de werkgevers- en werknemersorganisaties over de arbeidsmarkt, waaronder de crisisregeling personeelsbehoud en het reguleren van flexwerk. Inmiddels is hier ook met de Tweede Kamer over gesproken. Een onderdeel van het pakket is het herstellen van de balans in het werken met en als zelfstandige(n). Het kabinet is langs drie parallelle lijnen aan het werk. Op alle drie de lijnen zijn inmiddels stappen genomen. Het wetsvoorstel dat in consultatie is gegaan, is onderdeel van de tweede lijn:

  • Het creëren van een gelijker speelveld voor contractvormen van werknemers en zelfstandigen.
  • Het verduidelijken van de regels over wanneer als werknemer gewerkt wordt en wanneer als zelfstandige gewerkt kan worden.
  • Het versterken en verbeteren van de handhaving en in voorbereiding op afschaffen van het handhavingsmoratorium per 1 januari 2025.

In de wetgeving bepaalt het geheel aan feiten en omstandigheden of werk door een zelfstandige gedaan mag worden of door een werknemer. De jurisprudentie is bij elkaar gebracht en gevat in een toetsingskader. Bedrijven die iemand willen inhuren en werkenden kunnen zich dan op dat toetsingskader richten.

Daarbij geven deze hoofdelementen en bijbehorende indicaties niet alleen aan wanneer er sprake is van de soort arbeidsrelatie. Er wegen ook indicaties van ‘eigen rekening en risico’ mee, als indicaties van zelfstandigheid. Dit geeft zelfstandigen handvaten om hun werk waar mogelijk vorm te geven binnen de regels

Daarnaast wil het kabinet dat er een rechtsvermoeden komt, gebaseerd op een uurtarief. Dit rechtsvermoeden maakt het voor werkenden aan de basis van de arbeidsmarkt makkelijker om een arbeidsovereenkomst te claimen bij de werkgever en indien nodig bij de rechter.

 

Het pensioenakkoord

Het nieuwe pensioenakkoord geeft fiscale mogelijkheden voor zelfstandigen en gepensioneerden om extra pensioen op te bouwen.

De belangrijkste wijzigingen zijn:

  • De fiscale jaarruimte voor de aftrek van lijfrentepremies is verhoogd naar 30% van het inkomen waarmee u spaart voor uw pensioen. Dat geldt met terugwerkende kracht vanaf 1 januari 2023. Voorwaarde is dat u een pensioentekort hebt.
  • U kunt tot 10 jaar terug gebruikmaken van de jaarruimte voor aftrek van lijfrentepremies. Dat was tot nu toe 7 jaar.
  • U mag tot 5 jaar na het bereiken van de AOW-leeftijd lijfrentepremie inleggen voor extra lijfrente. Tot nu toe lag die grens bij de AOW-leeftijd.
  • Zelfstandig ondernemers kunnen zich ook vrijwillig aansluiten bij een pensioenfonds in de branche waarin ze werken. Voorwaarde is dat het pensioenfonds die mogelijkheid geeft. Premies zijn dan aftrekbaar van uw inkomstenbelasting. Het gaat om een proef die loopt tot 1 juli 2028. Als de proef eindigt, kunt u het gespaarde geld bij het pensioenfonds laten staan, of overzetten naar bijvoorbeeld een bank of verzekeraar.

Wilt u meer weten, bijvoorbeeld welke jaarruimte u dit jaar nog heeft?

Laat het ons weten, dan berekenen wij het.

Onze diensten